Wat is de sluitertijd?

Sluitertijd is een onderdeel van de zogeheten belichtingsdriehoek (sluitertijd, ISO-waarden, diafragma). Met de sluitertijd kan je letterlijk bepalen hoeveel lichtinval je hebt in je fototoestel. Maar hoe werkt dat nu precies?

Wat is de sluitertijd?

Sluitertijd zorgt letterlijk voor de lichtinval dat de sensor van het fototoestel ontvangt. Hoe korter de sluitertijd, hoe minder licht er op de sensor valt van het fototoestel. Maar hoe langer de sluitertijd, hoe meer licht er op de sensor valt. Hierdoor kan een foto overbelicht of onderbelicht raken wat weer afhankelijk is van de betreffende situatie.

De meeste (moderne) fototoestellen hebben een groot sluitertijd bereik. Het gaat daarbij van 30 seconden tot aan een sluitertijd van 1/6000 (6000ste van een seconde). Door dit grote bereik kan je goed spelen met de lichtinval en met het onderwerp waar je op dat moment mee bezig bent. Zo kan je auto’s laten vervagen terwijl de strepen van de voor- en achterlichten wel goed zichtbaar zijn op de foto.

Het is daarom belangrijk dat je goed weet wat je sluitertijd doet en hoe je deze kunt gebruiken. Hierdoor kan je het juiste effect creëren en kan je je foto’s onderscheiden ten opzichte van andere fotografen. Want op het ene moment is een lange sluitertijd mooi, terwijl dat op het andere moment juist een korte sluitertijd mooi is.

Voorbeelden wanneer je welke sluitertijd kan gebruiken

Wanneer je gaat fotograferen op een sportevenement, dan zullen er vaak snelle acties en gebeurtenissen plaatsvinden. Hierdoor moet je werken met een hoge sluitertijd. Bijvoorbeeld een sluitertijd van 1/1500 of 1/2000 wat ook mede afhankelijk is van het moment van de dag (overdag of in de avond). Wanneer je hardlopers fotografeert en op de hardloper scherp stelt, dan zal de achtergrond wazig worden wat alleen maar ten goede zal komen van de foto. Daarnaast zijn snelle sluitertijden ook handig voor andere snelle of bewegende objecten. Een waterdruppel van een fontein fotograferen zal alleen maar werken met een snelle sluitertijd, want anders krijg je watervegen op de foto. Overigens is een foto met dergelijke watervegen ook erg mooi en indrukwekkend om te zien.

Wanneer je een vast object in de avond wil fotograferen, dan raad ik je aan om een lange sluitertijd te gebruiken in combinatie met een driepoot statief. Vooral wanneer er weinig licht in de omgeving aanwezig is. Op deze manier maak je gebruik van het bestaande (stads)licht wat je foto ten goede zal gaan komen. Als aanvullend advies raad ik je ook aan om een foto timer te gebruiken. Hierdoor zal je fototoestel en statief niet bewegen als je op de opnameknop drukt. Gebruik overigens in donkere situaties nooit zomaar flitslicht, omdat het je foto niet ten goede zal gaan komen. Hierdoor zal in één keer een grote bak licht naar het object gestuurd worden, wat alleen maar de foto ten nadele komt.

Gelukkig hoef je nooit de perfecte foto in één keer te maken. In het verleden heb ik ook enkele foto’s gemaakt die iets over- of onderbelicht waren. Doordat ik de foto in RAW had gemaakt kon ik deze nog corrigeren met Adobe Photoshop en Adobe Lightroom. Al is dat natuurlijk ook geen tovermiddel en een redmiddel om je foto’s goed te maken. Uiteindelijk kan je de beste foto proberen te maken met de beste instellingen op je fototoestel. Dit scheelt een hoop bewerkingstijd en veel frustratie.

Dit artikel is voor het laatst bijgewerkt op 5 april 2025 door Michael van den Berg.